Zonder militairen geen Defensie

©Shutterstock
De afgelopen jaren heeft ons land verschillende crisissen doorstaan, waarbij Defensie steeds paraat stond. Of het nu ging om ondersteuning in woonzorgcentra tijdens de COVID-19-pandemie, het handhaven van veiligheid bij terreurdreiging in onze straten of hulpverlening bij natuurrampen, Defensie was stond klaar en nam verantwoordelijkheid. Tot op heden is dat steeds goed verlopen. We stellen ons wel de vraag wat de volgende stap is? Wie komt er ter hulp van de bevolking, als er onvoldoende militairen zijn of Defensie zelf in nood verkeert?
De recente mondiale ontwikkelingen tonen aan dat investeren in Defensie niet langer kan uitgesteld worden. Daarbovenop moet opgemerkt worden dat België nog steeds tot de slechtste van de klas behoort binnen de NAVO. Dit benadrukt niet alleen de noodzaak om meer te investeren in Defensie, maar ook de dringende nood om onze Defensiecapaciteiten uit te breiden en te versterken.
Onder leiding van de huidige minister is er niet alleen geïnvesteerd in de middelen en materialen van Defensie maar ook in onze militairen zelf. Het marktconform maken van de verloning, na dertig jaar van stilstand, was een broodnodige stap om Defensie te positioneren als een aantrekkelijke werkgever. Daarnaast is er gewerkt aan zowel interne als externe wervingsinitiatieven. Ongetwijfeld een belangrijke stap vooruit. Maar er is nog veel bijsturing en investering nodig om aantrekkelijk te blijven en de nadelen op een concurrerende arbeidsmarkt weg te werken. Nadelen die vaak niet gekend zijn of in de schaduw blijven van de enkele overblijvende voordelen.
We herhalen even enkele nadelen van een militair:
Geen bescherming in tijd
Militairen kunnen onbeperkt worden ingezet en zijn vaak niet in de gelegenheid om in hun eigen bed te slapen. Ze zijn regelmatig van huis voor oefeningen of opdrachten, waarvoor ze, afhankelijk van de opdracht, soms niet meer dan een forfaitaire vergoeding ontvangen. Uit onderzoek van ACV Defensie uit 2015 blijkt dat een gemiddelde werkweek van een militair meer dan 60 uur bedraagt, waarvan jaarlijks meer dan 800 uren niet worden gecompenseerd, noch in tijd, noch in geld.
- Geen bescherming van werkplaats en werktaak
Een militair heeft geen standplaatsvastheid en kan op elk moment gemuteerd worden naar een andere kazerne. Ook de werkopdracht kan plots veranderen. - Uitzonderlijke plichten met mogelijke strafrechtelijke gevolgen
Desertie: Militairen hebben niet de vrijheid om op elk gewenst moment te stoppen. Ontslag dient te worden aangevraagd en goedgekeurd en zelfs dan kan het verzoek worden geweigerd. Tot het moment dat het ontslag officieel is goedgekeurd, blijft de militair verplicht om zijn of haar werkzaamheden voort te zetten.
Insubordinatie: Een wettelijk bevel kan en mag niet worden geweigerd, dit kan militairen soms in een moeilijke situatie brengen.. - Met gevaar van eigen leven
Een militair is getraind om zelfs met gevaar van eigen leven het vijandelijke gebied te betreden. - Beroving van vrijheid
Een militair kan op elk moment worden ingezet en is verplicht om bij een bevel in de eenheid te blijven, een opdracht over te nemen of uit te voeren. - Infrastructuur
Door decennialange besparingen is er nauwelijks geïnvesteerd in de militaire infrastructuur, wat geleid heeft tot erbarmelijke omstandigheden. - ...
In het memorandum vroeg ACV Defensie al bijzondere aandacht voor onderstaande thema’s:
- Middelen voor Defensie
- Streven naar een marktconform en aantrekkelijk statuut
- Een aanvaardbare werk-privé balans
- Werkzekerheid
- Jobinhoud
- Een flexibele werkregeling
- De werksfeer en sociale (psychologisch veilige) werkomgeving
- Werken in een leefbare woon-werk situatie
- Marktconforme verloning en correcte behandeling van gepresteerde uren
- Correcte leefomstandigheden volgens de normeringen
- Degelijk sociaal overleg
Worden de nadelen van het statuut en de bovenvermelde noodzaken en problematieken, door de militairen geaccepteerd uit een diepgeworteld gevoel van engagement en loyaliteit? Hoewel in de afgelopen decennia vele voordelen zijn afgenomen en verdere verslechtering in de toekomst niet uitgesloten is, bestaat er een zekere mate van acceptatie. Dit is grotendeels te danken aan de nog resterende voordelen aan het einde van de loopbaan (lees: correcties), met name met betrekking tot de welverdiende pensioenregeling in termen van timing en berekening.
Politici zijn het erover eens dat investeren in Defensie noodzakelijk is en streven ernaar om zo snel mogelijk de NAVO-norm van 2% te halen. Maar zijn ze ook bereid om te investeren in de militairen zelf?
Helaas lijkt het tegendeel waar te zijn en lezen/horen we andere ideeën. De beperkte voordelen voor militairen zullen verder worden afgebouwd. Dit treft niet alleen de militair die zijn hele loopbaan heeft gewijd aan Defensie, maar ook degenen die slechts een deel van hun carrière in dienst waren. Zullen zij later nog recht hebben op een militair pensioen? Worden zij en hun families, na jaren van trouwe dienst, simpelweg bedankt en vervolgens aan hun lot overgelaten? ACV Defensie is van mening dat in deze tijd de focus moet liggen op de mogelijkheid om kernopdrachten uit te voeren en op de voorbereiding op mogelijke dreigingen. Het is niet het moment om te sleutelen aan de al beperkte voordelen, aangezien dit de veiligheid van ons land, onze landgenoten en onze democratie in gevaar kan brengen.
ACV Defensie is bereid om samen te zoeken naar oplossingen om militairen mogelijks langer aan het werk te houden waarbij militairen op vrijwillige basis langer "kunnen" en “willen” werken. In het verleden heeft ACV Defensie al het concept van de Vrijwillige Verlenging van de Militaire Loopbaan (VVML) voorgesteld. Wij blijven ervan overtuigd dat dit concept een meerwaarde kan zijn voor Defensie. Het zal er ook voor zorgen dat zowel politici als Defensiestaven worden gemotiveerd om zich te engageren om de nadelen van ons statuut aan te pakken, zodat meer militairen langer in dienst “kunnen” en “willen” blijven.