Werken moet lonen maar ...
Fair
Het ACV is al sinds mensheugenis pleithouder voor fatsoenlijke lonen. Je gaat in eerste instantie immers werken om centen te verdienen, om er in het leven financieel op vooruit te gaan. Het is niet de eerste keer dat we vertellen dat de minimumlonen hoger moeten en dat de lasten op arbeid dringend naar beneden moeten. Spijtig genoeg gaat de politiek nog steeds voorbij aan een grondige fiscale hervorming waarbij de belastingdruk op de werknemers verschuift naar een faire bijdrage door grote vermogens en bedrijven.
Nuance
Met de 500 euro als symbolische grens moet de vraag gesteld worden: vanaf waar begin je te tellen? Kijk je puur naar de uitkering in vergelijking met het loon? Of het loon minus alle kosten die werken met zich meebrengt? Want ja, gaan werken kost ook centen. De rekeningen voor kinderopvang, eigen vervoer, openbaar vervoer, kledij en andere accessoires lopen aardig op. Dat werken je 500 euro netto extra oplevert, moet dan ook genuanceerd worden.
Evenbeeld
Bovendien moet een werkgever je ook nog willen aanwerven. 'Ik zie nog te vaak dat mensen op basis van hun afkomst afgewezen worden, ook wanneer taal geen probleem is', zegt Mustafa Harraq van ACV innovatief. 'Ik begeleid momenteel een man uit Eritrea die twee masterdiploma's heeft en Nederlands en Engels spreekt. Hij solliciteerde al meermaals tevergeefs.' Volgens Mustafa gaan werkgevers nog steeds op zoek naar hun evenbeeld. 'Spijtig want net zoals een voetbalploeg niet enkel uit doelmannen bestaat, zouden ook bedrijven best een variatie aan profielen hebben.'
Deeltijds
Daarnaast gaat de studie uit van een voltijdse job. In de praktijk knelt daar het schoentje, twee keer. Niet alle aangeboden jobs zijn voltijdse betrekkingen. Uit cijfers van STATBel blijkt dat in 2023 26% van de werknemers in België deeltijds werkt waarvan 21% bij de mannen en 17% bij de vrouwen aangeven dat ze geen voltijds werk vinden of dat het werk enkel deeltijds wordt aangeboden. Bovendien is het ook niet voor iedereen vanzelfsprekend om voltijds aan de slag te gaan omwille van een langdurige inactiviteit, fysieke of mentale beperkingen, familiale omstandigheden ...
Fraai
Een studie is per slot van rekening een studie. Het zegt veel maar ook weer niet. Wel of niet gaan werken laat zich niet altijd vatten in statistieken of gemiddelden. Heel wat factoren in en rondom ons bepalen hoe ons leven eruitziet. En dat is niet altijd voor iedereen even fraai of gemakkelijk. Daarom is het ACV ook zo gekant tegen het verlagen of beperken van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd. ‘Hiermee los je het werkloosheidsprobleem niet op’, zegt ACV-arbeidsmarktspecialist Karim Dibas.
Bescherming
‘Enkele jaren geleden werd de inschakelingsuitkering voor schoolverlaters in de tijd beperkt. Dit leidde tot een toeloop naar het leefloon. Het beoogde effect, namelijk afgestudeerde jongeren sneller aan het werk zetten, werd hiermee niet bereikt. Het probleem werd enkel verlegd. Hetzelfde effect zien we bij de degressiviteit, hetgeen bevestigd wordt door een rapport van de RVA.’ Het feit dat de laagste uitkeringen nog steeds ver onder de armoedegrens zitten terwijl de groep werkende armen toeneemt, doet Karim nog een stap verder gaan. 'De sociale bescherming zou niet enkel gekoppeld mogen zijn aan het statuut, namelijk het feit of je werkzoekend bent, ziek, gepensioneerd, enz. Deze zou ook gekoppeld moeten worden aan het inkomen zodat ook de laagste lonen beschermd worden’, aldus Karim.
Evident
Werken gaan is tenslotte niet enkel een centenkwestie. Naast een loon zorgt een job ervoor dat je je maatschappelijk relevant voelt, bepaalt het een stuk van je identiteit, zorgt het voor contacten. Maar een job brengt ook minder leuke zaken met zich mee zoals een hele organisatorische mallemolen, stress, werkdruk … Al deze elementen in elkaar passen, is niet altijd voor iedereen even evident. Zeker omdat we niet allemaal gelijk aan de start verschijnen.
Oproep
Laten we met andere woorden deze studie nemen voor wat ze waard is: een stevige oproep om werken lonend te maken. Maar laten we ook blijven nadenken over hoe we mensen die moeite hebben op onze arbeidsmarkt beter op weg kunnen helpen naar een opleiding of een werkbare job. Over hoe we mensen die niet (meer) mee kunnen of uit de boot vallen, kunnen ondersteunen. Dat heeft misschien weinig te maken met statistieken en gemiddelden maar alles met menselijkheid.